Hoe metsel ik een muur met snelbouwstenen?

Zorg voor een propere ondergrond. Veeg daarom het stof en vuil eerst weg vooraleer je gaat metselen.

Teken met een smetkoord een rechte lijn af tussen de profielen. Op deze lijn ga je de eerste laag mortel en stenen plaatsen. Heb je nog geen metselprofielen? Bekijk dan hoe je stap voor stap twee metselprofielen in elkaar plaatst. Deze profielen plaats je aan de uiteinden waar de muur moet komen.

Span een metselkoord op de onderste lagenmaat op de profielen. Het metselkoord geeft de bovenkant van de eerste rij stenen aan. Heb je nog geen lagenmaat? Bekijk dan hoe je de meterpas bepaalt.

Leg een eerste dikke laag mortel op de grond en verdeel de mortel met een truweel. Bouw je een klein muurtje, dan hoef je meestal slechts kant-en-klare metselmortel te maken. Als je met grote hoeveelheden werkt, dan is het vaak beter om de mortel in een betonmolen te maken. Dan voeg je het fijn zand, cement en water bij elkaar, waardoor je de juiste consistentie krijgt.

Leg de eerste steen in de mortel en plaats deze zo dicht mogelijk tegen het metselprofiel. Zorg ervoor dat de steen mooi gelijk ligt met het metselkoord. Tik vervolgens tegen de steen met het handvat van je truweel. Hierdoor ligt de steen mooi op zijn plaats. Breng vervolgens mortel aan langs de zijkant van de volgende steen en metsel de eerste rij verder af. Zorg er zeker voor dat de eerste laag perfect waterpas ligt.

Begin de tweede rij met een halve steen. Zo vermijd je dat de voegen boven elkaar liggen. De stenen moeten altijd verspringen. Dit halfsteensverband zorgt er namelijk voor dat jouw muur sterk en stabiel is. Snij de snelbouwstenen vervolgens op maat met een haakse slijper of een slijpschijf. Span het koord een rij hoger. Leg een laag metselmortel op eerste rij stenen en plaats vervolgens de tweede rij stenen.

Werk de rest van de muur af door de resterende rijen in halfsteensverband te metselen. Zorg ervoor dat elke steen de vorige steen voor de helft overlapt.