Hoe verwijder ik tijdelijk mijn radiator?

Zet de verwarmingsketel volledig af door de hoofdschakelaar in de schakelkast uit te zetten.

Draai het terugloopventiel dicht met een inbussleutel. Doe hetzelfde met de radiatorkraan. Zet de ontluchting bovenaan open. Voor de nieuwere modellen kan dat met een schroevendraaier, gebruik voor de oudere radiatoren een ontluchtingssleutel. Laat het water uit het aftappunt lopen.

Schroef de radiator los van de bevestigingsbeugels en neem hem weg.

Doe net het omgekeerde van de vorige stap en zet de radiator weer in de bevestigingsbeugels. Schroef de verbindingen vast.

Draai de kranen van de radiator weer open en zet de ontluchter dicht. Zet weer druk op het systeem door de twee toevoerkranen van je verwarmingsinstallatie open te draaien.

Ontlucht de hoogst gelegen radiator. Controleer de druk en pas aan indien nodig. Herhaal deze en de vorige stap tot je radiator geen borrelend geluid meer maakt. Schakel je verwarming nadien weer aan.