Moet je siergrassen snoeien? Jazeker, maar lang niet allemaal. Ontdek welke soorten je moet snoeien en wanneer je dit het best doet.
Niet alle soorten siergrassen moet je snoeien. We maken een onderscheid in siergrassen die in de winter bovengronds afsterven en wintergroene soorten. De siergrassen die afsterven in de winter moet je snoeien, de wintergroene soorten niet.
Siergrassen die in de winter hun blad behouden zoals het blauwe siergras, hoef je niet te snoeien. Controleer ze na de winter wel op lelijke, verdorde bladeren. Verwijder deze helemaal.
Alle siergrassen die in de winter boven de grond afsterven, snoei je eind februari of begin maart diep terug. Wacht daar niet te lang mee, anders beschadig je misschien de jonge, groene scheuten die tussen de dorre stengels opkomen. Knip siergrassen liever niet af vóór de winter. Hun wuivende halmen zorgen ’s winters voor een prachtig tafereel in je tuin. Daarnaast vormen de afgestorven plantenstengels een goede schuilplaats voor allerlei beestjes.
Knip de te snoeien siergrassen af tot 5 à 25 cm boven de grond, afhankelijk van de grootte van de plant. Draag hierbij een paar stevige tuinhandschoenen omdat de stengels van siergrassen erg scherp kunnen zijn.
Gebruik voor het snoeien van siergrassen een snoeischaar of heggenschaar. Slijp de bladen van je schaar regelmatig, zodat je met scherp snoeigereedschap werkt.
Is jouw siergras een jaar of 3 oud? Dan kun je na het snoeien de pol splitsen. Daarmee zorg je dat de pol mooi blijft en vermeerder je meteen het siergras. Deze extra pollen zijn leuk voor in je eigen tuin of om cadeau te geven.
Hak de plant met een scherpe spade in 2 of hooguit 3 stukken. Is het hart van de pol kaal? Gooi dit stuk dan weg. Plant de gedeelde pollen op wat afstand van elkaar opnieuw uit in goede tuinaarde.