Na jaren van gebruik kan een stopcontact loskomen of andere mankementen vertonen. Het is belangrijk om het stopcontact zo snel mogelijk te vervangen om gevaarlijke situaties te voorkomen.
Schakel de stroomkring uit waarop het stopcontact is aangesloten. Als je niet zeker weet welke stroomkring dat is, schakel dan de stroom voor het hele huis uit. Dit zorgt ervoor dat je veilig kunt werken. Gebruik een schroevendraaier om de kap van het stopcontact los te schroeven. Hierdoor komen de contacten bloot te liggen. Controleer beide contacten met een spanningszoeker. Als de stroomkring is uitgeschakeld, mag het lampje van de spanningszoeker niet branden. Je kunt ook een bureaulampje gebruiken om te testen of er nog spanning op het stopcontact staat.
Schroef de bevestigingsschroeven van het stopcontact aan beide zijden los en trek het stopcontact voorzichtig uit de muur. Draai de schroeven van de leidingdraden los en maak de draden los. Let bij een geaard contact goed op dat de aarddraad (groen/geel) de nuldraad (blauw) niet raakt.
Bevestig de fasedraad (bruin) en de nuldraad (blauw) aan de juiste contacten. De aarddraad (groen/geel) sluit je aan op de schroef voor de aarding. Als de draden aan de uiteinden beschadigd of verzwakt zijn, kort je ze dan met een centimeter in en strip je ze opnieuw met een striptang. Bevestig het nieuwe stopcontact met de twee bevestigingsschroeven terug in of op de muur en schroef vervolgens de kap op het stopcontact.